Zit ons universum in een zwart gat? Wat openbaring erover zegt

PIN

De gedachte alleen al lijkt rechtstreeks uit een sciencefictionverhaal te komen: dat ons heelal zich misschien bevindt in het binnenste van een zwart gat. Toch wint dat idee terrein onder astrofysici. Niet omdat men plots zweverig is geworden, maar omdat bepaalde observaties — vooral dankzij de James Webb-telescoop — ons dwingen om de grenzen van de klassieke kosmologie te hertekenen. En ik heb altijd een ongelooflijke interesse gehad in fysica en kosmologie omdat het mij het gevoel geeft te kijken naar Gods ongelooflijke talent.

Maar het wordt pas echt boeiend wanneer we die hypothese naast de openbaringen leggen die we in de Schriften vinden. Want wat de wetenschap benadert via wiskunde en relativiteit, spreekt de openbaring al eeuwenlang uit in spirituele taal: dat schepping eeuwig is, dat er werelden zonder getal bestaan, en dat materie niet uit het niets komt, maar eeuwig voortleeft.

De theorie: een universum in het binnenste van een zwart gat

Volgens de moderne kosmologie is een zwart gat een punt in de ruimte waar de zwaartekracht zo sterk is dat niets, zelfs licht, nog kan ontsnappen. Binnen die ‘gebeurtenishorizon’ vervaagt de grens tussen ruimte en tijd. Sommige natuurkundigen vermoeden dat de binnenkant van zo’n zwart gat niet zomaar eindigt in vernietiging, maar kan uitmonden in een nieuw, uitdijend universum — een ‘baby-universum’.

In dat geval zou onze eigen oerknal het gevolg zijn van zo’n gebeurtenis: het moment waarop in een ouder universum een zwart gat ontstond. Wat wij ervaren als expansie, zou daar de binnenkant van zijn.

De wetten van ons universum — natuurconstanten, de verhouding tussen massa en energie, de kromming van de ruimte — zouden dan de afdruk zijn van de omstandigheden bij die geboorte. Met andere woorden: ons heelal zou niet het eerste, en zeker niet het laatste zijn.

Het idee blijft speculatief, maar het appelleert aan een intuïtie die veel mensen herkennen: dat schepping cyclisch is. Er is geen absoluut begin, enkel een voortdurende overgang van oud naar nieuw.

De eeuwige schepping volgens openbaring

Wat mij opvalt, is hoe sterk dit resoneert met wat we in de Schriften lezen. Binnen de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen is het nooit de bedoeling geweest om te zeggen dat God “uit niets” heeft geschapen. Joseph Smith leerde het omgekeerde: de elementen zijn eeuwig, en God brengt ze slechts in orde.

In Abraham 3:24 lezen we:

‘Wij zullen naar beneden gaan, want er is ruimte daar, en wij zullen van deze stoffen nemen en wij zullen een aarde maken.’

Dat impliceert dat er vóór de schepping reeds ruimte en materie bestonden.

En Leer en Verbonden 93:29 gaat nog verder:

‘De mens was eveneens in het begin bij God. Intelligentie⁠, of het licht van de waarheid, is niet geschapen of gemaakt, en dat kan ook niet.’

Onze leer is dus niet lineair — niet een verhaal van een beginpunt — maar cyclisch, eeuwig en oneindig.

En in Mozes 1:33 zegt de Heer zelf:

‘En ontelbare werelden heb Ik geschapen⁠; en ook die heb Ik voor mijn eigen oogmerk geschapen; en door de Zoon heb Ik ze geschapen, die mijn Eniggeborene is.’

Dat is een opmerkelijk parallellisme met de moderne multiversumtheorie. Wetenschappers gebruiken termen als ‘parallelle universa’, terwijl openbaring spreekt over ‘ontelbare werelden’. Beiden raken aan hetzelfde intuïtieve besef: de schepping is geen eenmalig project, maar een eeuwige cyclus.

Waar wetenschap en openbaring elkaar raken

Er zijn drie treffende raakpunten die mij fascineren:

  1. De eeuwigheid van materie. De relativiteit leert dat energie en materie niet vernietigd kunnen worden, enkel getransformeerd. De openbaring leert precies hetzelfde — maar dan met een morele dimensie: wat eeuwig is, is niet enkel materie, maar ook intelligentie.
  2. De orde in chaos. Een zwart gat lijkt vernietigend, maar kan volgens sommige theorieën juist de kiem zijn van nieuwe schepping. Dat doet denken aan de geestelijke wet dat uit lijden en chaos nieuwe groei voortkomt. Zelfs de zondeval had een doel: zonder haar geen vooruitgang. In die zin weerspiegelt het heelal het plan van verlossing zelf.
  3. De continuïteit van wet en orde. In de hypothese van de ‘zwarte-gat-cosmos’ erven nieuwe universa de wetten van hun voorgangers. Via openbaring weten we: ‘Er is een wet gegeven, onherroepelijk, waarop alle zegen is gegrondvest’ (L&V 130:20-21). Dezelfde gedachte: elke nieuwe schepping leeft volgens eeuwige principes.

Het verschil: doel versus toeval

Toch blijft er een wezenlijk onderscheid tussen het wetenschappelijke model en de leer van het evangelie. De fysica ziet enkel wetten — blind, zonder bedoeling. Openbaring voegt daar intentie aan toe.

God schept niet uit toeval, maar uit liefde. Zijn universa bestaan niet zomaar; ze zijn er ‘opdat de mens in hen vreugde zou hebben’ (2 Nephi 2:25).

Waar de wetenschap worstelt met de vraag waarom er überhaupt iets bestaat, geeft het evangelie een antwoord dat verder gaat dan wiskunde: omdat er een eeuwig plan van geluk is.

Een spirituele lezing van het zwarte gat

Voor mij is het beeld van het zwarte gat haast symbolisch. Een zwart gat is het meest duistere dat we kennen — een plaats waar licht zelf verdwijnt. En toch, als deze theorie klopt, is datzelfde duister de bron van nieuw licht, van nieuwe schepping.

Is dat niet exact wat we ook in Christus zien? De diepste duisternis — Golgotha — wordt het begin van eeuwig leven. Wat lijkt op vernietiging, blijkt verlossing.

In die zin is het zwarte gat geen vijand van geloof, maar een prachtige metafoor: de plek waar het oude sterft, opdat het nieuwe kan geboren worden.

De eeuwige harmonie van wetenschap en geloof

Sommigen zien geloof en wetenschap als rivalen. Ik niet. De ene zoekt verklaring, de andere betekenis. Maar wie de diepte van beide durft te zien, ontdekt dat ze samen een groter verhaal vertellen: dat van een universum dat leeft, beweegt, en voortdurend herschapen wordt.

Joseph Smith zei ooit:

‘De elementen zijn eeuwig; ze kunnen niet vernietigd worden. Ze kunnen worden geordend en herschikt.’

Dat is eigenlijk pure kosmologie — maar met ziel. Het is geen botsing van grootheden, maar een symfonie.

En misschien, heel misschien, bevinden we ons inderdaad in het binnenste van een zwart gat — maar dan in de ruimste, meest heilige betekenis van het woord: binnenin de eeuwige schepping van God zelf.


Ontdek meer van GeensZins

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.