maar ze niet helemaal ernstig neemt omdat ze, wel, niet echt ernstig genomen kunnen wordenDit is een klassiek middel in een discussie waarmee je aangeeft dat je jezelf gewoon superieur voelt en jij als enige gemachtigd bent om te oordelen welke argumenten mogen meespelen – meestal komt dit neer op de eigen argumenten zijn wel toegelaten, de andere niet. Van iemand die gedoctoreerd is, had ik een meer neutrale instelling verwacht. Leren door beproevingen In zijn eigen tekortkoming heeft Johan echter het antwoord gegeven op zijn prangende vraag. Waarom onderneemt God zo weinig tegen het kwaad? Ja, de antwoorden die wij als gelovigen geven, zijn beperkt. En onaanvaardbaar voor wie niet gelooft. Want daar draait het om: om geloof. Geloof is de ultieme projectie van wie we in ons binnenste zijn. Als mormoon geloof ik in het heilsplan. Wij leefden als kinderen van God bij Hem voor we op aarde kwamen. Zoals iedere ouder, heeft God op een gegeven moment gezegd dat het tijd was om het nest te verlaten, om zelf ervaring op te doen. Hij geeft ons daarbij een pak raadgevingen, maar tegelijk heeft Hij ons keuzevrijheid gegeven om al dan niet te luisteren naar die raadgevingen. Daarin verschilt hij niets van een ouder die zijn kind leert fietsen. Op een gegeven moment laat je de fiets los en roep je “kijk voor je, doe rustig aan”. Je roept dat één keer, twee keer, twintig keer, maar op een gegeven moment denk je “he kleine, je moet het nu maar zelf eens leren, val maar eens op uw bakkes”. Zijn we als ouders dan zo slecht als de boosaardige God van Fry? Of zijn we een liefhebbende ouder die door beproevingen ons kind de kans geven bij te leren? Of blijven we als ouder alle beslissingen voor onze kinderen nemen en voeden we hen op in een steriele kamer, ver weg van al het kwaad van de wereld. In alles moet tegenstelling zijn. Geen goed zonder kwaad, geen vreugde zonder verdriet, geen ying zonder yang. We kunnen niet leren zonder beproeving. En voor wie het vraagt waarom we moeten leren? Mormonen geloven dat we als kinderen van God zijn erfgenaam zijn en we er naar streven om te worden zoals Hij. Hoe kunnen we ooit als God worden, als we niet leren omgaan met allerlei zaken? Ik ben zakenman en als ik mijn verhaal vertel over mijn successen, dan word ik geprezen als ik zeg dat ik het meeste succes heb behaald door te leren uit mijn mislukkingen. Voor zulke uitspraken word ik als spreker uitgenodigd: iedereen slikt dat als zoete koek. Leren uit mislukkingen is de sleutel tot succes. Raar dat men ditzelfde niet kan aanvaarden als het gaat over de zingeving van ons bestaan hier op aarde. Waarom zouden we daar niet leren uit de beproevingen die op ons pad terecht komen? Zou God – die wel degelijk kan ingrijpen – ons die kansen willen ontnemen? Zou Hij niet gewoon een dictator worden als Hij onze vrije wil afnam en in onze plaats zou beslissen wat we moeten doen, hoe we moeten denken en reageren? In zo’n wereld zou ik niet willen wonen. Beoordelen met beperkte kennis Ik ben er zeker van dat Johan Braeckman deze redenering ook te kort door de bocht vindt, te veel klassiek antwoord op iets waarop geen antwoord kan gegeven worden. Laat ik daarop ook zijn eigen manier van denken toepassen. Kan je oordelen over iets waar je te weinig kennis over hebt? Zijn redenering is dat als er een perfecte God bestaat, er geen reden kan zijn waarom hij kanker toelaat. Is dat betoog echter niet één die bulkt van overschat eigenbelang? Als er een alwetende God bestaat, moeten wij dan niet vaststellen dat we maar een deeltje van Zijn kennis bezitten? Onze wetenschap is nog steeds op zoek naar een model van het alles. Ik ben geen fysicus, maar ik probeer wel te volgen. Ik begrijp dat we nog altijd geen antwoord hebben op de verschillen tussen de Newtoniaanse modellen en de kwantum modellen. Beiden zijn wetenschappelijk onderbouwd en niemant twijfelt aan de wetten van die modellen. Maar tegelijk weten we dat de wetten die spelen op enorm grote afstanden, totaal niet gelden op de allerkleinste afstanden. Er bestaan theoretische modellen, zoals de string theory, die spreken over minstens negen dimensies, waarvan wij er eigenlijk maar een paar van (be)vatten. Geen enkele wetenschapper heeft moeite om om te gaan met ontbrekende wetenschap. Ik heb ooit al een wetenschapper weten zeggen dat weten-schap vooral beseffen is wat we niet weten. Mag ik dat principe dan ook toepassen op God? Misschien zijn er tientallen dimensies die Hij geschapen heeft en die Hij wel snapt, maar wij niet. Misschien is er als je dat allemaal wel zou snappen, een perfect antwoord waarom er kanker is. Misschien is het wel zo dat die kanker er is omdat bepaalde snaren in die negen dimensies zo moeten trillen zodat er zwaartekracht ontstaat en als eveneffect kanker. Klinkt belachelijk? Zo lang ik geen grondigere kennis van het hart heb, klinkt het belachelijk om Brugada als specialist aan te vallen. Zo lang zij niet de kennis van God hebben, zijn wij niet in staat om over Zijn alwetenheid – laat staan perfectheid – te oordelen. Wij zijn niet volmaakt genoeg om te oordelen over Zijn volmaaktheid De stelling “een volmaakte God die kwaad toestaat, kan niet bestaan” is way out of our pay check. De vraag die Johan Braeckman zich best als doctor in de wijsbegeerte eens kan stellen, is of wij in staat zijn een algemeen oordeel te vellen over iets waar we eigenlijk amper iets van afweten. Ja, we kunnen speculeren, maar een definitief oordeel vellen kan alleen maar als we onze tekortkomingen camoufleren met diskwalificatie van argumenten als ernstig omdat ze, nu ja, gewoon niet in onze kraam passen. Ik neem de wereld ook zoals ze is, althans zoals ik ze kan vatten. En ik kan alleszins niet vatten dat de ongelooflijke (sic) balans in de natuur, in ons universum, puur toeval is. Statistisch gezien is de kans groter dat ik een bak drukletters omhoog gooi en in die perfecte volgorde naar beneden vallen om een woordenboek te vormen, dan de kans dat onze wereld puur toeval leven heeft voortgebracht waaruit wij zijn ontstaan. En dus komt het altijd op geloof neer: de humanist gelooft in toeval, de gelovige gelooft niet in toeval. Laat dat nu toevallig datgene zijn waarop we vaststellen dat dit geloof de projectie is van wie we zijn, de ultieme vrije keuze waar God niet wil mee morren. Daarin ligt zijn perfectie: in Zijn liefde voor ons. Die liefde zal er voor zorgen dat we nog veel zullen leren, regel op regel en voorschrift op voorschrift. In dit leven zullen we het niet allemaal weten; die arrogantie mogen we niet hebben. We zijn hier maar een flits in het kader van de eeuwigheid en in een volgend leven zullen we vaak zeggen “oh ja, nu begrijp ik het”. Net zoals een kind van negen geen integraal kan berekenen of een tiener van 14 geen doctor in de wijsbegeerte kan zijn. Dat is waar ik in geloof.
Ontdek meer van GeensZins
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.